11 augustus 2020
Deventer ontwikkelt warmtenet met warmtepompen gevoed door afvalwater
Energie uit water
De gemeente Deventer werkt samen met woningcorporaties en het waterschap aan een lagetemperatuurwarmtenet dat wordt gevoed door effluent(behandeld rioolwater). Dit afvalwater van de rioolzuivering wordt nu na zuivering direct in de IJssel geloosd. Over een paar jaar wordt er eerst de restwarmte uit gehaald, om na tussenkomst van warmtepompen ruim tweeduizend woningen mee te verwarmen.
In het kader van de aardgasvrij-ambities in het Klimaatakkoord hebben de gemeente Deventer, het waterschap en een aantal woningcorporaties het afgelopen jaar onderzocht wat de verschillende opties zijn om woningen van het gas te halen. “Daaruit bleek dat de RWZI (RioolWaterZuiverings-Installatie, -red.) bij de wijk Zandweerd op redelijk korte termijn goede kansen te bieden”, zo legde Machiel Karels, projectmanager Slim Warmtenet bij de gemeente Deventer, onlangs uit in een presentatie. “Uit haalbaarheidsonderzoek kwam naar voren dat het gebruik van restwarmte uit de RWZI zowel qua duurzaamheid als betaalbaarheid een goede optie is. Op basis van die conclusie wordt nu een concrete technische studie uitgevoerd.”
Restwarmte uit behandeld rioolwater
Het warmtenet dat in Deventer wordt ontwikkeld, moet worden gevoed met restwarmte uit effluent. Dit is gezuiverd rioolwater (onbehandeld rioolwater heet ‘influent’) dat in dit geval bij de RWZI voortaan langs een warmtewisselaar wordt gepompt voordat het in afgekoelde vorm in de IJssel wordt afgevoerd. In de wisselaar wordt de warmte overgedragen op transportwater dat met een temperatuur van rond de 18 graden de backbone (oftewel ‘hoofdtransportleiding’) van het warmtenet in de wijk Zandweerd ingaat. In de wijk wordt dit water door warmtepompen opgewaardeerd tot nuttig bruikbare warmte voor verwarming en tapwaterproductie.
Uitbreiding in fasen
In de eerste fase van het project wil Deventer 235 nieuwe en ruim 200 bestaande woningen op het warmtenet aansluiten. Op basis van de ervaringen die daarmee worden opgedaan, kan het warmtenet in fasen worden uitgebreid. In de toekomst kan het op die manier worden opgeschaald tot er een veelvoud van dat aantal is aangesloten. Karels: “Uit langdurige monitoring van de temperatuur van het effluent bij de RWZI blijkt dat er voldoende potentie is voor meer dan 2.000 woningen die er duurzaam mee kunnen worden verwarmd.”
Collectieve hoogtemperatuurwarmtepompen
Bij de nieuwbouwwoningen die op het net worden aangesloten, wordt de aanvoertemperatuur opgewaardeerd via een individuele warmtepomp. De bestaande woningen worden aangesloten op een collectieve hoogtemperatuurwarmtepomp. Karels: “We willen de overlast voor bewoners daarbij zo veel mogelijk beperken. Het wordt een kwestie van gasketel eruit, warmtenetaansluiting erin. Die aansluiting is niet veel meer dan een kast van 50 bij 60 bij 20 centimeter die in plaats van de gasketel komt en wordt aangesloten op de bestaande cv-installatie en warmwatervoorziening.” Hoe bij de nieuwbouwwoningen in warmtapwater wordt voorzien is nog niet duidelijk.
Relatief goedkope aanleg
Door de relatief lage aanvoertemperatuur van 18 graden is de aanleg van het Deventer warmtenet minder kostbaar dan een medium- of hogetemperatuurnet. De leidingen in de backbone hoeven immers niet hoogwaardig te worden geïsoleerd, omdat het warmteverlies toch al beperkt blijft. Toch zal de gemeente meerdere woningen tegelijk moeten kunnen aansluiten om het net rendabel te maken. Veruit het grootste aantal woningen in Zandweer is eigendom van een corporatie. 70 procent van de bewoners van deze huizen moet instemmen met de overstap op het warmtenet om het project doorgang te laten vinden. De keuze is dus aan deze bewoners zelf; in dat kader wordt momenteel een vragenlijst gepubliceerd waarin ze kunnen aangeven over welke onderwerpen ze meer informatie nodig hebben om een goede beslissing te kunnen nemen.
Geen commerciële exploitatie
De gemeente kiest er doelbewust voor om het net niet te laten exploiteren door een commerciële partij. Het warmtenet wordt in eigen beheer – in samenwerking met gespecialiseerde bedrijven – ontwikkeld, om controle te houden op de efficiëntie van het net en de kosten voor eindgebruikers. Doelstelling daarbij is dat bewoners met het warmtenet uiteindelijk iets lagere maandlasten zullen hebben.
De totale investeringskosten van fase 1 van het warmtenet worden geraamd op 6,1 miljoen euro. Inmiddels heeft B&W van Deventer aan de gemeenteraad voorgesteld om de eerste fase van het warmtenet te financieren. Hier wordt na de zomer over gestemd. Overigens betaalt de gemeente, mocht de raad akkoord gaan, maar een deel van die kosten. De provincie Overijssel steunt het project met 1,7 miljoen euro subsidie en een lening van 1 miljoen.
Bron: Vakblad Warmtepompen, 2 augustus 2020
Zie voor meer informatie ook ons kennisartikel Wat zijn de kansen van energie uit water?